Wat is een redelijke vergoeding voor toezichthouders in het PO en VO?

Blog door Clemens Geenen van PEP Onderwijsadvies

De vergoeding voor toezichthouders in het PO/VO blijft de gemoederen bezighouden. Begin dit jaar noemde de directeur van VOS/ABB de verhoging bij een openbaar schoolbestuur in Alkmaar exorbitant. In 6 jaar tijd steeg de vergoeding hier met 400% tot € 8.000 voor een gewoon lid en € 12.500 voor de voorzitter. De oud-voorzitter noemde dit in de krant een groot schandaal en niet uit te leggen. De vraag is of deze commotie terecht is, want een Raad van Toezicht (RvT) mag in beginsel, binnen zekere grenzen, zijn eigen vergoeding bepalen. 
De VTOI heeft een handreiking voor het bepalen van de honorering opgesteld (laatste versie januari 2020). Deze handreiking geeft geen adviesbedragen maar is bedoeld om te komen tot een zorgvuldig keuzeproces. Dat betekent volgens de VTOI dat de RvT er verstandig aan doet om de bestuurder en de (G)MR in het keuzeproces te betrekken en het proces en de motivatie transparant te verantwoorden, bijv. in het jaarverslag. 

De vraag is of dat altijd op deze manier gebeurt. Het document is een handreiking: een RvT mag een andere weg bewandelen. Het ligt echter voor de hand dat een RvT die lid is van de VTOI deze handreiking volgt. Interessant is in dit verband ook een rechterlijke uitspraak uit 2017 waarbij toezichthouders werden veroordeeld tot terugbetaling van een deel van hun vergoeding omdat de verhoging niet goed was onderbouwd en het proces niet transparant. De rechter verwees in zijn vonnis expliciet naar de handreiking van VTOI. 

Ook de politiek bemoeit zich inmiddels met de vergoeding van toezichthouders. Lisa Westerveld van Groen Links heeft vorige week in de Tweede Kamer een motie ingediend waarin zij pleit dat de centrale medezeggenschapsraad in het Hoger Onderwijs instemmingsrecht krijgt over de bezoldiging van toezichthouders. Volgende week wordt er over deze motie gestemd en het is nog ongewis wat de uitkomst zal zijn.

Een RvT die de handreiking gaat gebruiken, loopt wel tegen een aantal dingen aan. In de handreiking van de VTOI worden 3 ankers gebruikt: 

  • de classificatie/indeling van de WNT
  • het gemiddelde tijdsbeslag
  • benchmarkgegevens.

1e anker

Bij de bepaling van vergoeding moet de RvT wel rekening houden met de wettelijke maxima zoals die zijn vastgesteld in de Wet Normering Topinkomens (WNT). Een schoolbestuur moet in het jaarverslag motiveren als de vergoeding boven deze maxima ligt. Zowel de accountant als OCW controleert dit. We hebben navraag gedaan bij de onderwijsinspectie maar over 2020 (laatst bekende cijfers) zijn er geen overschrijdingen geweest. De WNT geeft maxima maar verder weinig handvatten om te komen tot een antwoord op de vraag wat een redelijke vergoeding is.

2e anker

Wat betreft de tijdsbesteding baseert VTOI zich op het onderzoekrapport ‘De arbeidsmarkt van de interne toezichthouder onder de loep’ uit 2014. Hierbij wordt uitgegaan van gemiddeld 10,5 uur per maand voor een gewoon lid en 50% meer voor de voorzitter. Uit het Nationaal Commissarissen Onderzoek 2020 van TIAS/Erasmus University blijkt echter dat de gemiddelde tijdsbesteding van een toezichthouder in het onderwijs 16 uur per maand is en dat dit sinds 2015 niet veranderd is. De vraag is of een voorzitter gemiddeld 50% meer tijd kwijt is. Veel Raden van Toezicht werken tegenwoordig met een of meer commissies waardoor het aannemelijk is dat het verschil in tijdsbesteding kleiner is geworden. Uit een (anonieme) enquête van www.commisssarisenvinden.nl uit 2019 blijkt dat een voorzitter gemiddeld 25% meer uren besteedt dan een gewoon lid. 

3e anker

Ook wat betreft de benchmarkgegevens is een kanttekening te plaatsen. Deze gegevens zijn niet of moeilijk voor handen, in ieder geval niet beschikbaar via Onderwijsraden of OCW. Op basis van de open (jaarverslag)data van DUO over 2020 hebben we een benchmark gemaakt. Hieruit blijkt dat de gemiddelde vergoeding voor een gewoon lid in PO en VO dicht bij elkaar ligt en dat geldt ook voor een voorzitter. Grofweg krijgt een gewoon lid € 4.000 per jaar aan vergoeding en een voorzitter € 6.000. Overigens zijn er ook Raden van Toezicht die afzien van een vergoeding. Als de vergoeding van een RvT beduidend hoger ligt dan deze benchmark dan dwingt dat des te meer tot een zorgvuldig proces en een steekhoudende motivatie. Hierbij kan de RvT zichzelf de volgende vraag stellen die OCW tegenwoordig de lerarenkamerproef noemt: kunnen we het in onze lerarenkamer uitleggen? 

In Euro Gewoon lid Gewoon lid Gewoon lid Voorzitter Voorzitter Voorzitter
  Laagst Gemiddeld Hoogst Laagst Gemiddeld Hoogst
PO 100 3.981 22.883 112 5.707 21.450
VO 188 4.218 19.723 500 6.267 23.668


Wilt u reageren op deze blog of heeft u een suggestie voor een onderwerp, neem dan contact op met Clemens Geenen via info@peponderwijsadvies.nl. De volgende blog verschijnt in mei.

 

Toelichting

Spijtenburg Werving en Advies werkt samen met PEP Onderwijsadvies op het gebied van goed bestuur. In 2022 organiseren wij een serie van 3 webinars waarbij we de 5 beleidsterreinen van een schoolorganisatie in het PO behandelen:

  • bestuur & organisatie
  • onderwijs & kwaliteitszorg
  • personeelsbeleid
  • financieel beleid en
  • huisvestingsbeleid.

De volgende vragen staan hierbij centraal:

  1. Wat zijn de hoofdlijnen en de laatste stand van zaken?
  2. Welke documenten moet de RvT ontvangen en wat zijn uw bevoegdheden hierbij?
  3. Wat is uw rol en hoe geeft u hier invulling aan?

 

Deze webinars zijn praktisch opgezet en sluiten aan op uw eigen specifieke situatie. Voor meer informatie, zie Diensten voor Raden van Toezicht in de publieke sector of PEP Onderwijsadvies. De eerste webinar gaat over bestuur & organisatie en is op donderdag 2 juni 2022 van 16.00u tot 18.00u.

Meer informatie over de webinars.

Reageer

Auteur
Clemens Geenen van PEP Onderwijsadvies
Publicatiedatum
11-4-2022 12:52
Blijf jij op de hoogte?
Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief en mis niks binnen éen van onze branches!