Urgentielijst: begin gefaseerde opstart reguliere zorg

Gisteren, maandag 20 april, werd door de Nederlandse ziekenhuizen een begin gemaakt met de gefaseerde opstart van de reguliere zorg. De leidraad van deze opstart is een diagnoselijst, ook wel de urgentielijst. In deze lijst zijn ruim 4500 diagnoses opgenomen, welke allemaal zijn voorzien van een bepaalde urgentie. Deze lijst is samengesteld door het Landelijk Centrum Patiënt Spreiding (LCPS), en gevalideerd door het Zorginstituut Nederland. De urgentie-indicatie is afkomstig van de Federatie Medisch Specialisten.

Eerder schreven we al een stuk over het ministerie van VWS dat de Nederlandse Zorgautoriteit had opgedragen om de planbare (urgente) zorg te gaan coördineren voor mensen die niet besmet zijn met het coronavirus. Door de opgestelde urgentielijst is er nu dus een begin gemaakt met de opstart van deze zorg. Hierover heeft de NZa afspraken gemaakt met betrokken partijen als zorgaanbieders, zorgverzekeraars, wetenschappelijke verenigingen, LCPS en ROAZ. “Met deze indeling op basis van urgentie willen we zorgprofessionals houvast bieden bij het opstarten van de zorg”, stelt de NZa.

Verschillende categorieën

In de lijst met 4500 diagnoses wordt gebruik gemaakt van verschillende categorieën van urgentie. De volgorde hiervan, meest urgent naar minst urgent, wordt gebruikt om de reguliere zorg in te gaan delen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen zorg die binnen 24 uur nodig is, binnen één week, binnen twee weken, binnen twee of drie maanden en alles dat langer dan drie maanden kan worden uitgesteld.

Uit eerdere ervaringen is gebleken dat 12% zorg binnen 24 uur nodig is en 11% binnen een week. Dit gaat voornamelijk om zorg waarbij uitstel ernstige gevolgen kan hebben.

Duidelijk doel

Het doel van de urgentielijst is duidelijk, namelijk een gefaseerde en gecontroleerde opstart van de reguliere zorg. Er wordt extra aandacht gevestigd op een goede afstemming tussen reguliere- en coronazorg. Vanwege de coronacrisis kunnen immers niet alle patiënten tegelijk in het ziekenhuis terecht voor reguliere zorg. Daarnaast is er veel aandacht voor de verschillende regio’s die (relatief) zwaar getroffen zijn door het virus. Voor deze regio’s is het belangrijk dat er wordt voorkomen dat inwoners langer op reguliere zorg moeten wachten dan inwoners uit minder zwaar getroffen regio’s. Door de lijst landelijk uit te zetten, maar regionaal te monitoren, moet dit bewerkstelligd worden. De focus ligt eerst op de meest urgente reguliere zorg, en wordt geleidelijk uitgebreid.

“Alle betrokkenen zijn ervan doordrongen dat de zorg snel moet opstarten, met het belang van de mensen die zorg nodig hebben voorop”, aldus Marian Kaljouw, voorzitter van de NZa. “Juist daarom moeten we zorgvuldig zijn in onze keuzes, zodat zorgverleners hun energie kunnen richten op de mensen die dat nu het meest nodig hebben.”

Data-overzicht

Zorgaanbieders, zorgprofessionals, zorgverzekeraars, ZorgDomein, het Landelijk Netwerk Acute Zorg en het LCPS hebben gezamenlijk bijgedragen om een data-overzicht te creëren om een actuele indicatie van de uitgestelde zorg te geven. Hieruit blijkt dat sinds 12 maart 360.000 minder patiënten een doorverwijzing hebben gehad. 290.00 mensen wachten nog op een opvolging van hun verwijzing.

Sinds begin april zijn er al wat meer doorverwijzingen geweest, met name spoedgevallen. De spoedverwijzingen zijn tijdens de coronacrisis sowieso minder snel gedaald dan andere doorverwijzingen.

Aantal uitgangspunten leidend

Zoals eerder aangegeven is de NZa aangewezen om de opstart van de reguliere zorg te gaan coördineren. Hierbij laten zij zich leiden door enkele uitgangspunten, de belangrijkste zijn:

  • Het voorkomen van gezondheidsschade.
  • Het voorkomen van wachttijden.
  • Het voorkomen van landelijke verschillen in de toegang tot zorg, met name voor mensen met een vergelijkbare zorgvraag.

“Dit vraagt om zorgvuldigheid. Wij realiseren ons dat er een zwaar beroep wordt gedaan op de zorgprofessionals”, aldus de NZa. “Het opstarten van de zorg moet aansluiten bij de draagkracht, en de belasting moet verantwoord zijn. Uiteraard moet er voldoende capaciteit beschikbaar zijn voor de zorg aan patiënten met het coronavirus. Dat geldt ook voor de overige capaciteit op de intensive care. Ook moet voldoende beschermingsmateriaal beschikbaar zijn.”

Daarnaast gaat de NZa gebruik maken van ‘best cases’, het delen van goede voorbeelden van zorgprofessionals waarmee ziekenhuizen kunnen starten en opschalen.

Goede samenwerking

De NZa roemt de goede samenwerking tussen alle betrokken partijen. “Het is mooi om te zien hoe alle partijen hun handen ineen slaan met eenzelfde doel: de juiste en beste zorg voor alle Nederlanders”, stelt Kaljouw. “Wij zullen het opstarten van de zorg de komende periode zorgvuldig monitoren. Als er meer en nieuwe informatie is, zullen wij daarover ook informeren. Het doel is immers dat zorgaanbieders een goed inzicht hebben in de juiste, actuele feiten. Bij knelpunten die regionaal of bovenregionaal ontstaan, zullen wij actie ondernemen om tot oplossingen te komen.”

Vanaf komende week vindt verder overleg plaats met de overige zorgsectoren, waaronder thuiszorg, GGZ, huisartsenzorg, mondzorg, paramedische zorg en de langdurige zorg.

 

Bron: Skipr

Reageer

Spijtenburg Artsen
Auteur
Spijtenburg Artsen
Publicatiedatum
21-4-2020 15:45
Blijf jij op de hoogte?
Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief en mis niks binnen éen van onze branches!