Het is noodzakelijk dat er meer inzicht komt in de zorg aan suïcidale jongeren. Dat stelde staatssecretaris Martin van Rijn tijdens een debat in de Tweede Kamer. Het debat werd georganiseerd n.a.v. een noodkreet van een moeder van een 16-jarig suïcidaal meisje, voor wie geen hulp te vinden was. "Zulke kinderen kunnen niet wachten", aldus CDA-Kamerlid René Peters.
Wachtlijsten voor deze jongeren worden gevaarlijk lang. De reden? Een tekort aan de juiste behandelingen. Het is echter onduidelijk, volgens de staatssecretaris, hoe lang de wachtlijsten precies zijn voor kinderen die deze acute zorg nodig hebben. "Weten de betrokken gemeenten en wethouders dit wel?".
Reden van het probleem?
Het feit dat gemeenten verantwoordelijk zijn gemaakt voor de hulp aan deze jongeren ligt volgens de jeugdpsychiaters ten grondslag aan de problemen. Daarbij komt nog eens dat het Rijk 15% kort op het jeugdzorgbudget én dat de grote jeugdzorgorganisaties steeds meer geld kwijt zijn aan administratieve zaken. Dit gaat uiteraard ten koste van de zorg.
Wel degelijk mogelijkheden
Mede door de druk vanuit het ministerie is er inmiddels een behandelplek gevonden voor het meisje. Dit laat zien dat er dus wel degelijk mogelijkheden zijn, aldus de staatssecretaris. Daarom gaat hij gemeenten met vergelijkbare gevallen hierop aanspreken. Zij moeten er immers voor zorgen dat er voldoende passende jeugdhulp beschikbaar is. "Eventuele bestuurlijke vraagstukken over financiën en wachtlijsten mogen in acute gevallen uiteraard nooit een reden zijn om een kind niet tijdig te behandelen", schrijft hij in zijn brief aan de Tweede Kamer.
Op dit moment zijn er zeker ook al gemeenten te noemen waar goede ervaringen zijn opgedaan met het afstemmen van beleid, waardoor behandeling kan worden geboden aan jongeren voor wie dat noodzakelijk is. Aangezien deze samenwerking nodig is en dus niet vrijblijvend kan zijn, wil de staatssecretaris dit jaar nog de wet veranderen. 'Kinderen die acute zorg nodig hebben, moeten dat zo snel mogelijk kunnen krijgen', schreef hij tot slot in zijn brief aan de Tweede Kamer. 'Dat is van het allergrootste belang voor de ouders en kinderen. Daarop zal ik blijven toezien'.
Bron: Rijksoverheid