Aan wie legt de Raad van Toezicht verantwoording af?

Dr. ir. Marcel Wanrooy verzorgt als docent, samen met Rienk Goodijk, bijeenkomsten voor aankomende en ervaren toezichthouders bij Spijtenburg Onderwijs. Marcel maakt deel uit van de GITP adviesgroep Bestuur & Toezicht. Hij doet onderzoek en begeleidt besturen en toezichthoudende organen op de terreinen: structuur, opvolging, samenwerking, (zelf)evaluaties en corporate governance.

Het belang van stakeholdermanagement

Aan wie legt de Raad van Toezicht verantwoording af als er – zoals bij een stichting het geval is – geen aandeelhouders zijn en ook geen leden, zoals bij een coöperatie of een vereniging? Die vraag wordt vaak gesteld. In onderwijsorganisaties met een stichtingsvorm heeft de RvT statutair geen formele verantwoordingsplicht naar ‘eigenaren’ (van wie is eigenlijk de organisatie?), overheid of maatschappij, terwijl er grote belangen in het geding zijn.

Het is echter de vraag of er sprake is van een zogenoemd ‘verantwoordingsvacuüm’. Er is – op deelterreinen - controle van alle kanten: inspectie, accountant, MR, gemeente, wettelijke bepalingen, audits, reviews, arbeidsinspectie, WNT, vakbonden en ga zo maar door. Het is een feit, dat deze ‘schil van controle’ alleen maar is toegenomen. En de scoop van de controlerende instanties verbreedt zich. Inspecties rapporteren tegenwoordig niet alleen meer over het primaire proces maar ook over de besturing en governance, accountants nemen naast de cijfers ook de soft controls mee in hun bevindingen. De controledruk is, mede in het licht van in het oog springende debacles van de afgelopen decennia een logische en terechte ontwikkeling. Maar de schil van controle – hoe waardevol en terecht ook - groeit soms uit tot een naargeestig circus van regelgeving en bureaucratie. Bovendien staat het haaks op een andere belangrijke tendens in organisaties: besturingsprincipes zoals professionele autonomie, eigenaarschap, verantwoordelijkheid laag in de organisatie, zelfsturing, lean organiseren en flexibele netwerken worden steeds meer toegepast. Bestuur en toezichthouders zitten voortdurend in de sandwich tussen controle enerzijds een ruimte bieden anderzijds.

Het antwoord op deze ontwikkelingen is dynamisch stakeholdermanagent. Partijen moeten zich niet laten beknellen door controleprotocollen, maar elkaar open tegemoet treden. Met een globaal kader, uitgaande van principes in plaats van regels nemen bestuurders zélf de verantwoordelijkheid en het initiatief om in dialoog te gaan met het brede veld van controlerende instanties en andere stakeholders. Daarmee voorkomen ze defensiviteit, ingraven of domeinstrijd en leggen ze actief verantwoording af, zowel intern en extern. Ook toezichthouders kunnen hierbij een rol spelen. Anders dan alleen jaarlijkse contact met de accountant en de MR kunnen zij zich verhouden tot de inspectie, de lokale wethouder, collega instellingen en andere externe partijen -mits uiteraard in nauw contact met de bestuurder.

Dynamisch wil zeggen: actief, dialoog en ontmoeting. Dynamisch wil ook zeggen dat men geen vaste formats hanteert, maar liever kiest voor creatieve vormen zoals thematische bijeenkomsten, excursies, diner pensant of – waarom niet- een kookworkshop. Dat zijn inspirerende momenten, waarop relaties met stakeholders gelegd (en verstevigd) worden en waarbij informatie en feedback over en weer wordt uitgewisseld. Dynamisch betekent ook dat men zich niet ingraaft en om posities of bevoegdheden gaat strijden. Niet rolvastheid is leidend, maar rolbewustzijn, zoals Rienk Goodijk in zijn laatste boek ‘Strategisch partnerschap’ naar voren brengt. Dit betekent dat men durft uit te dagen, durft te confronteren en durft te experimenteren met grensoverschrijding. ‘Positief zich met elkaar bemoeien’, spanning opzoeken, vanuit gedeelde verantwoordelijkheid, niet vanuit angst of controledwang. Telkens vanuit het bewustzijn dat men vanuit een bepaalde rol en belang opereert, maar dat expliciet benoemt (en daarover meta- communiceert) om onbegrip en ontsporing in de relatie te voorkomen. En altijd vanuit gedeelde waarden, zoals doelmatigheid, laagdrempeligheid, kwaliteit van het onderwijs en maatschappelijke betekenis die als verbindend element werken.

Reageer

Dr. ir. Marcel Wanrooy
Auteur
Dr. ir. Marcel Wanrooy
Publicatiedatum
25-6-2018 15:29
Blijf jij op de hoogte?
Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief en mis niks binnen éen van onze branches!